Ecosystemen als hét middel voor 'wicked problems'

Ecosystemen als hét middel voor 'wicked problems'

Bron: FD.nl

Complexe maatschappelijke uitdagingen vragen om nieuwe antwoorden. Nu ‘ouderwets’ ketendenken steeds vaker tekortschiet in de transformatieopgaven van vandaag, groeit de vraag naar alternatieve oplossingen. Zoals publiek-private ecosystemen: samenwerkingsverbanden van bedrijven, overheden en organisaties voor het oplossen van wicked problems. En, blijkt steeds vaker, met resultaat.

Klimaatverandering, stikstofcrisis, vergrijzing, integratie, ongelijkheid: onze samenleving staat voor grote maatschappelijke uitdagingen. In de huidige vervlochten wereld zijn problemen complexer dan ooit: alles grijpt in elkaar, je kunt het ene probleem niet oplossen zonder ook het andere aan te pakken. Ouderwets ketendenken is niet voldoende. Deze wicked problems – moeilijk definieerbare problemen waarvoor je niet zomaar een eenduidige oplossing kunt bedenken – vragen om een integrale benadering.

Dat ziet ook Wouter van Twillert, Principal consultant en Practice lead bij het Baarnse bureau Kirkman Company. Van Twillert is expert in het organiseren en bouwen van publiek-private ecosystemen: door het bouwen van samenwerkingsverbanden helpt hij bedrijven, instellingen en (overheids)organisaties om doelen te bereiken die op de klassieke manieren onhaalbaar zijn.

 

Bredere kijk

Van Twillert: ‘Je komt niet meer weg met een aanpak die maar één probleem oplost en ondertussen verderop een ander probleem creëert. Zo krijg je geen energietransitie door overal zonnepanelen te plaatsen zonder je af te vragen wat dat betekent voor materiaalschaarste, netwerkgebruik of ruimtebeslag. Je moet integraal denken en doen.’

Kirkman Company paste dit ecosysteem-principe al met succes toe bij verschillende bedrijven en instellingen, waaronder Defensie, C-creators en de Gemeente Utrecht. ‘Het vereist echt een andere manier van denken en doen. Door andere organisaties te betrekken, krijg je samen een completere kijk op het probleem: niet alleen vanuit je eigen keten, maar ook vanuit alle andere stakeholders. Daardoor zie je meer samenhang, ontstaan betere ideeën en bereik je sneller echte oplossingen.’

‘De kracht van een winning team is dat eigen belang en gezamenlijk belang elkaar versterken’

 

Bouwen in kleine stappen

Het bouwen van zo’n netwerk van overheden en bedrijven vraagt om een andere manier van denken. Zo’n proces gaat in kleine stappen. Van Twillert: ‘Het doel is om alle stakeholders met elkaar in contact te brengen en te mobiliseren voor een helder, gezamenlijk doel. Daarvoor moet je eerst de uitdaging benoemen en het stakeholdersveld in kaart brengen. Daarna identificeer je de mogelijke partners – bijvoorbeeld een bedrijf met een uitdaging, klantengroepen die producten of diensten afnemen en een gemeente of provincie die verantwoordelijk is voor regelgeving en vergunningen. Vervolgens stel je uitgangspunten op en formuleer je de gezamenlijke doelstellingen. Daarmee kun je de samenwerking concreet inrichten, met heldere afspraken en een passende besturing.’

Download het inspiratieboek ‘Succesboek(en) met Publiek-Private Ecosystemen’

 

Coalition of the willing

Is dat allemaal voorbereid, dan is het ecosysteem klaar voor het eerste experiment. ‘Daarbij moet je zorgen voor ruimte voor kortcyclisch innoveren en bijsturen, zodat je continu leert en verbetert’, benadrukt Van Twillert. Zodra het eerste deel van het proces de gewenste resultaten oplevert, is het tijd voor de volgende fase: evaluatie en groei. ‘Dan kun je opschalen. Dat is het mooie van deze aanpak. Je hebt een coalition of the willing gecreëerd met veel meer inzicht, energie en innovatiekracht dan wanneer je dingen strikt zelf wilt oplossen.’

 

Pampus: 100% duurzame oase

Forteiland Pampus is één van de organisaties die samen met Kirkman Company werkt vanuit zo’n publiek-privaat ecosysteem. Als onderdeel en boegbeeld van de Stelling van Amsterdam staat Pampus op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Met een kleine groep vaste medewerkers en veel vrijwilligers runt eigenaar Stichting Forteiland Pampus de veerdienst van en naar het eiland en een militair museum met restaurant. Daarmee trekt Pampus de laatste jaren steeds meer bezoekers, inmiddels zo’n 62.000 per jaar.

In de nabije toekomst wil Pampus graag verder ontwikkelen. ‘We willen een 100% duurzame oase worden op een bijzonder stukje werelderfgoed’, vertelt stichtingsdirecteur Tom van Nouhuys. ‘Een nieuw circulair entreegebouw met keuken en sanitair en een duurzaam energiesysteem zijn geïnspireerd op hoe dit eiland in 1895 al opereerde. Het eiland is namelijk altijd zelfvoorzienend geweest, dat willen we ook in de toekomst – en dan helemaal CO2-neutraal, inclusief een duurzame vloot. En dat liefst binnen twee jaar.’

 

Slimme partnerships

Ambitieuze plannen, die veel geld kosten: zo’n 5 miljoen euro. Zelf heeft de stichting dat niet. Van Nouhuys: ‘Dus moet je zoeken naar slimme partnerships.’ Die zoektocht begon twee jaar geleden bij een ontmoeting tussen Van Nouhuys en René Dijkstra, ook van Kirkman Company. Dijkstra is expert op het gebied van publiek-private ecosystemen en fondsenwerving. Sparrenderwijs groeide het plan en begon Pampus met hulp van Kirkman Company aan het bouwen van een publiek-private samenwerking: ze bouwden een netwerk van partijen die ieder hun eigen belang hebben bij een gezond, duurzaam en bruisend Pampus: de provincie Noord-Holland, de gemeente Gooise Meren, Havenbedrijf Amsterdam, Waternet, TU Delft, Firan, De Groot Installatiegroep en een aantal andere partijen.

Pampus wil duurzaam vooruit met historie. Van Nouhuys: ‘Als kader binnen onze transformatieopgave hebben we de vier E’s geformuleerd waarbinnen alle plannen moeten passen: Erfgoed, Energietransitie, Exploitatie en Educatie. We hebben een letter of intent opgesteld, die de vertrouwensband en het onderlinge commitment onderstreept.’

 

Gezamenlijke doelen

Pampus en Kirkman Company volgden de aanpak van ‘ontwikkelen en leren’. Dijkstra: ‘Onze rol hierin is vooral die van aanjager, verbinder, vertaler en versneller. We hebben goed gekeken hoe we de gelijkwaardigheid van alle partners kunnen borgen, de gezamenlijke doelen helder kunnen houden en de inspanningen voor elke stakeholder te gelde kunnen maken. En ze zijn zich er allemaal van bewust dat ze vooral veel gaan leren. We zitten er met dezelfde mindset in.’

En dat niet alleen: alles gebeurt met gesloten beurs. Van Nouhuys: ‘We zijn partners, geen opdrachtgever, dus we werken intensief samen.’ Om de spirit erin te houden, is er wekelijks contact met de partners in het ecosysteem. ‘Zo laat je zien dat je het commitment hebt om het tot een succes te maken’, aldus Dijkstra. ‘De kracht van een winning team is dat eigen belang en gezamenlijk belang juist elkaar versterken.’

‘Dit idee lag al zes jaar op mijn bureau. Nu wordt het eindelijk werkelijkheid!’

 

Gezonde groei

Pampus mikt met de plannen op gezonde groei. ‘We gaan niet heel veel anders doen dan tot nu toe’, voorspelt de stichtingsdirecteur. ‘Ons verdienmodel blijft bestaan uit museum, horeca en evenementen. Doorgroei naar 90.000 tot 100.000 bezoekers per jaar is het streven.’ Van de totale projectbegroting van ruim 5 miljoen euro is inmiddels 900.000 euro gedekt. Van Nouhuys is blij met de vorderingen: ‘Zes jaar geleden lag dit idee op een hoek van mijn bureau en kreeg ik er geen beweging in, nu wordt het werkelijkheid!’

 

Zoveel vernuft

Een ander inspirerend voorbeeld van een publiek-privaat ecosysteem is de stichting Smart Climate Opportunities (SCO), een netwerk van bedrijven, universiteiten en overheden die samen meer ruimte willen geven aan nieuwe ideeën voor het versnellen van de energietransitie. SCO wordt geleid door Ruud Koornstra, nationaal energiecommissaris. Koornstra: ‘Nederland heeft het meeste vernuft van de wereld; nergens staan zoveel universiteiten en innovatie- en kenniscentra als hier. Daarnaast zijn we heel ondernemend en schathemelrijk. Wij hebben dus alles in ons om de beste te zijn in die energietransitie. Hoe is het dan mogelijk dat we ongeveer het vieste land van Europa zijn als het gaat om lucht, bodem en CO2? SCO heeft als doel om al dat vernuft, die ideeën en dat geld bij elkaar te brengen om écht iets te veranderen. Niet alleen uit idealisme, ook uit ondernemerschap. Want duurzaamheid stopt heus niet bij die eerste vier letters; het is ook een verdienmodel.’

 

Rigoureuze aanpak

Waar Koornstra meteen tegenaan liep, was een sterke verkokering bij de aanpak van duurzaamheidsuitdagingen. ‘We moeten dingen rigoureus veranderen en dat kan niet als je alle problemen op zichzelf beziet. De duurzaamheidsdoelen van Parijs staan ook niet op zichzelf. Echte vernieuwing komt van buiten – zoals het vliegtuig werd uitgevonden door twee fietsenmakers.’

Om zulk out-of-the-box denkwerk te stimuleren, zocht SCO een partner die vernieuwing kon aanjagen. ‘We brachten een aantal partijen bij elkaar – pensioenfonds APG, Rabo, PGGM, de Volksbank, Eneco en de echte vernieuwers (MKB Burgerinitiatieven) – plus een partij die verstand heeft van ecosystemen, die een pleisterplaats kan creëren waar alles samenkomt, zodat je samen grotere stappen vooruit kunt zetten. Dat werd Kirkman Company, als verbinder, organisator, bewaker en inspirator.’

Meer blogs over publiek-private ecosystemen

Wil je meer lezen over het nut van publiek-private ecosystemen? Lees dan ook deze blogs.

 

Echte vernieuwers/uitvinders

Een van de eerste acties was het bepalen van de look & feel rond SCO en het uitstippelen van de route. Koornstra: ‘Vervolgens werden de speerpunten bepaald: groene waterstof, bebouwde omgeving, groene energieopwekking, gezondheid & voeding en fotonica. Op die sporen brengen we gericht partijen bij elkaar – een ontmoetingsplaats voor duurzame ideeën, ondernemers en financiers. Een smeltkroes, met vooral ruimte voor kleine uitvinders die in knutselschuurtjes briljante oplossingen ontwikkelen, tot nu toe buiten de spotlights van geldschieters. We zijn niet tegen grote bedrijven, maar wel vóór vernieuwing. Waterstof in korrelvorm voor brandstofcelaandrijving, CO2-besparende houtbouw – dat soort dingen.’

‘Een droom zonder plan blijft een droom; het moet wel gerealiseerd worden’

 

Professionaliseren en upteamen

Die aanpak werkt. Koornstra: ‘De eerste boot vaart binnenkort op waterstofkorrels van mkb-onderneming H2Fuel in de haven van Amsterdam, en we werken met universiteiten en ondernemers aan manieren om die techniek ook klaar te maken voor vrachtauto’s, treinen en vliegtuigen. Daarnaast hebben we met de Dienst Landelijke Energietransitie, een 100% dochter van SCO, succesvolle projecten gedaan op het gebied van verduurzaming van sociale woningbouw voor de smalle beurs. Zo is het gelukt om in acht verschillende steden huizen in twee dagen tijd voor rond de 22 duizend euro per woning van het gas af te halen, effectief te isoleren, all electric te maken – en meestal zelfs energieleverend. Met de juiste ideeën en daadkracht kan het dus wél voor weinig. Het begint vaak met visionaire vergezichten, een droom. Maar een droom zonder plan blijft een droom; het moet wel gerealiseerd worden. Dat is waar Kirkman Company goed in is.’

‘Door verschillende partijen te betrekken, krijg je een completere kijk op het probleem: niet alleen vanuit je eigen keten, maar vanuit alle stakeholders’

 

Koffie en lijm

Het opbouwen en onderhouden van publiek-private ecosystemen is veel werk, erkent ook Van Twillert. ‘Het vraagt om tijd, inzet en betrokkenheid van alle stakeholders om stap voor stap de gezamenlijke doelen te formuleren én te bereiken. Ja, het is complex en bewerkelijk want niet elk lid heeft evenveel belang in elke fase. Dus je moet soms wat lijmen, dingen contractueel vastleggen en veel kopjes koffie drinken. Voor wicked problems is een ecosysteem vaak hét middel op weg naar de oplossing. Zulke complexe vraagstukken vereisen een andere benadering. De wereld van nu en straks vraagt om nieuwe manieren van samenwerken.’

Over de schrijver
Reactie plaatsen