Implementatie van organisatiebrede duurzaamheidsstrategie

Als organisatie kun je niet meer om duurzaamheid heen. Klanten verwachten en vragen om duurzame(re) oplossingen voor hun problemen en behoeften. De business case voor duurzaam ondernemen is op de lange termijn vrijwel altijd positief. En daarnaast scherpen overheden wet- en regelgeving aan om organisaties te verplichten duurzaamheid hoger op de agenda’s te zetten. Dit biedt kansen voor innovatie, maar hoe ga je van een duurzaamheidsmissie of visie naar concrete resultaten? Hoe voorkom je dat duurzaamheid enkel naast de bedrijfsvoering staat? En hoe verweef je de ESG-factoren (Environmental, Social en Governance) in een organisatiebrede duurzaamheidsstrategie, zodat het niet alleen vanuit een afdeling “duurzaamheid” gebeurt?

 

Doel

  • Een organisatiebrede geïntegreerde duurzaamheidsstrategie die aansluit bij de eigen bedrijfscultuur, specifieke context en volwassenheid;
  • Alle medewerkers - van directie tot de werkvloer - weten waarom verduurzaming voor de organisatie belangrijk is en welke rol zij als individu                   hebben bij de realisatie van duurzaamheidsdoelstellingen;
  • Een heldere en uitvoerbare meerjarige duurzaamsheidsagenda, in samenwerking met zowel interne als externe stakeholders;
  • Een meet- en rapportagemethodiek/framework die zowel past bij de eigen organisatie als herkend wordt in de markt.

 

Werkwijze 

Onze werkwijze is gebaseerd op drie geïntegreerde pijlers: integrated thinking, integrated acting en integrated reporting. De invulling van deze pijlers is voor iedere klant verschillend, maar een strategie die niet al deze drie elementen vertegenwoordigt of niet op logische wijze met elkaar verbindt, leidt niet tot de gewenste resultaten.

1. Thinking: Deze pijler heeft de focus op het ontwerp van duurzaamheidsdoelstellingen die haalbaar zijn en passen bij de aard en missie van de organisatie. 

2. Acting: Bij deze pijler ligt de focus op het verkrijgen van draagvlak onder directie en medewerkers en toegang tot benodigde middelen (kennis, budget en capaciteit). 

3. Reporting: Deze pijler heeft een duale focus. Enerzijds het juist, transparant en effectief naar buiten rapporteren van prestaties. En anderzijds, het inrichten van een meet- en rapportagemethodiek die managers en directie in staat stelt om efficiënt controle uit te voeren en effectief sturing te geven aan het eigen duurzaamheidsbeleid.


We doorlopen de volgende drie stappen: 

1. Analyse: Nulmeting; materialiteitsanalyse; definitie ‘Big Why’ en business case voor verduurzaming; 

2. Ontwerp: Keuze voor passend framework (GRI/ISO 26000/etc.); definitie concrete duurzaamheidsdoelen; ontwikkelen van organisatiebrede                  duurzaamheidsstrategie en -agenda; ontwerp veranderaanpak; 

3. Implementatie: Ondersteuning bij de uitvoering van de strategie en duurzaamheidsagenda (de ‘bovenstroom’). Hiermee wordt ervoor gezorgd dat medewerkers begrip hebben voor de nut en noodzaak van de veranderingen, betrokken zijn bij het traject en daadwerkelijk hun werkwijzen    aanpassen (de ‘onderstroom’). Dit geldt voor het eigen personeel, maar ook voor relevante externe stakeholders.